Kweek zelf deze populaire groente
Tomaten zijn populairder dan ooit : na de aardappel zijn tomaten de tweede meest geconsumeerde groente in Europa - geen wonder dus dat steeds meer tuinliefhebbers zelf proberen om deze rode vruchten te telen. Toch zijn deze zonnekloppers redelijk veeleisend. Om zeker te zijn dat alles vlot verloopt, tonen we jou stap voor stap hoe je te werk gaat.
Het juiste tijdstip is belangrijk
Tomaten houden van een lange, hete zomer in een zuidelijk klimaat - eigenlijk is ons klimaat te koud en is vooral de warme periode te kort. Om het toch tot in de herfst te kunnen uithouden in ons klimaat, kunnen tomaten voorgezaaid worden.
Vanaf midden maart is een warme, lichtrijke vensterbank of een verwarmde serre ideaal. De kiemtemperatuur bij tomaten bedraagt 20 tot 24°C. Vanaf midden mei, wanneer het zeker niet meer vriest, kunnen de planten naar buiten verhuizen. In theorie kunnen ze vanaf dan ook in de moestuin aangeplant worden. Daar zullen de tomaten zal het nog enige tijd duren tot de eerste vruchten zullen groeien en de oogst - over het hele tomatenseizoen gezien - zal aanzienlijk kleiner zijn.
Van uitzaaien tot oogsten
1
Vul de bloempot of de schaal met zaaigrond en druk lichtjes aan.
2
Stop de tomatenzaadjes ongeveer 1 cm diep in de grond en dek de gaatjes terug af. Doordat tomaten donkerkiemers zijn, moeten de zaadjes met een dun laagje potgrond bedekt zijn om zich te kunnen ontwikkelen.
3
Geef voorzichtig water zodat de zaadjes niet wegvloeien. Je kan ook een sproeifles gebruiken om de zaadjes te bevochtigen.
4
Na 10 tot 14 dagen beginnen de zaadjes te ontkiemen. Houd de potgrond steeds vochtig, maar niet te nat. Als je de pot hebt afgedekt met een deksel, verwijder het deksel dan dagelijks om te laten verluchten. Zodra na de kiemblaadjes het eerste echte bladpaar verschijnt, kan het deksel compleet verwijderd worden. Opgelet : creëer geen te vochtige omgeving, dit bevordert namelijk schimmelziekten.
5
De kweekpot en kweekschaal worden al snel te klein voor de nog tere tomatenplanten. Daarom kunnen ze direct geplant worden in individuele, wat grotere potten met een aangepaste potgrond. Zo kunnen ze zich goed ontwikkelen voordat ze naar buiten verhuizen.
6
Bemest pas voor de eerste keer wanneer het tweede of derde bladplaar zich heeft gevormd. In het begin is een vloeibare meststof de beste oplossing. Later kan je ook een gekorrelde meststof met langdurige werking gebruiken. Houd er rekening mee dat potgrond voor tomaten reeds een meststof bevat : na het verpotten hoef je de eerste weken dus geen extra voeding te geven.
7
Vanaf midden mei, na de IJsheiligen, kan je tomaten in de buitenlucht plaatsen. Dan kan je de plantjes ofwel in een grotere pot of bak op het balkon verpotten, of in de moestuin of zelfs in een moestuinbak aanplanten. De tomatenplanten kunnen in de serre blijven staan op voorwaarde dat de serre voldoende verlucht wordt. Tomaten houden van zon maar niet van regen of veel wind - houd daar rekening mee bij de keuze van de standplaats.
8
Vele tomatensoorten leggen de lat hoog. Ondersteun ze daarom zeker met enkele tomatenspiralen of een hekwerk. Zo verminder je het gevaar dat de plant door windstoten of zware vruchten afbreekt.
9
Bij het dieven van tomaten worden de zogenaamde zijscheuten, die groeien in de bladoksels, verwijderd (afgesneden of afgebroken). Zo krijgen de hoofdtakken die vruchten dragen meer water en voedingsstoffen om te rijpen en worden ze ook lekker sappig en zoet.
10
Je herkent meteen dat een tomaat rijp is aan de dieprode kleur. Als je de tomaat gemakkelijk van de plant kan aftrekken, dan kan je die al opeten. Opgelet : tomaten die onrijp zijn (groene kleur) zijn giftig!
Andere interessante artikels rondom tomaten- en groenteteelt
De geschikte producten voor een succesvolle tomatenteelt