Als we op een zachte zomeravond buiten op het terras zitten te genieten, is het best mogelijk dat je kleine egeltjes voorbij ziet komen die op zoek zijn naar voedsel. Ze eten tot oktober genoeg om een dikke speklaag te ontwikkelen om zo de winter veilig door te komen. Helaas zorgen kale betonnen plekken ervoor dat sommige egels niet genoeg voedsel vinden. Ze vinden ook vaak te weinig plekjes om veilig te overwinteren. In dit artikel lees je hoe je egels tijdens de herfst kan helpen en waarom je ze alleen in noodgevallen mag voederen.
Onbeplante woonwijken met kiezeltuinen, steeds grotere industrieterreinen, monoculturen, conventionele landbouw die pesticiden en insecticiden gebruikt, een groeiend wegennetwerk en tot slot de klimaatverandering : ze maken het onze stekelige vriendjes al langere tijd niet gemakkelijk. In de herfst vinden ze minder voedsel en meestal geen geschikte schuilplaats die hen beschermt tegen roofdieren. Als ze een gezellig egelhuisje gevonden hebben, zullen ze door de warmere temperaturen vroeg uit hun winterslaap worden gehaald. Het grootste probleem is dat ze niet genoeg voedsel vinden waardoor ze kunnen verhongeren. Maar hoe kan je eigenlijk de stekelige tuinbewoners een duwtje in de rug geven?
8 tips
Alles begint bij de aanleg van een egelvriendelijke tuin. De beste manier om voedsel en geschikte winterverblijven voor egels ter beschikking te stellen, is een natuurlijke tuin. Extra voedsel in de herfst is eigenlijk gewoon een pleister op de wonde. Om deze "wonde" in de eerste plaats te voorkomen, zorg je er best voor bij de beplanting of de aanleg van je tuin dat die zo natuurlijk mogelijk (en dus zo egelvriendelijk) mogelijk is ingericht. Ontdek hieronder onze tips :
Tip nr. 1
Egels bewegen zich in een vrij grote perimeter. Ze kunnen in één nacht tot wel vijf kilometer afleggen. Ze zwerven daarbij meestal door verschillende tuinen op zoek naar voedsel. Om ervoor te zorgen dat de egel ook zijn weg naar jouw tuin (en ook uit jouw tuin) vindt, kan je op sommige plaatsen een opening onderaan de omheining vrijlaten zodat de egel hieronder door kan lopen.
Tip nr. 2
Plant een grote waaier aan verschillende inheemse planten die allerlei insecten aantrekken. De egels zullen je dankbaar zijn voor het gevarieerde menu. Egels zijn namelijk geen vegetariërs - je hoeft je dan ook geen zorgen te maken over je moestuin! Egels houden eerder van wormen, loopkevers, rupsen, spinnen en miljoenpoten. Kies voor tuinplanten met een verschillende bloeiperiode zodat er van in het voorjaar tot in de herfst verschillende insectenvriendelijke bloemen bloeien. De keuze is enorm : herfstanemonen, duizendblad, een hoge sedumplant, ooievaarsbek of meerjarige zonnebloemen zijn maar enkele voorbeelden.
Daarnaast zijn hagen zoals gele kornoelje, lijsterbes, wilde appel, gelderse roos, dwergmispel, wilde rozen, wilde kardinaalsmuts, liguster of hazelnoot leuke planten voor egels : de dichte houtgewassen bieden hen namelijk bescherming tijdens hun nachtelijke wandelingen en zorgen tegelijkertijd voor een rijke selectie aan voedsel omdat ze belangrijk zijn voor insecten.
Tip nr. 3
Verwilderde hoekjes met dood hout, bladeren en onkruiden zijn heel gegeerd bij insecten, egels en andere tuinbewoners. Zelfs wanneer je de voorkeur geeft aan een geordende en mooi onderhouden siertuin, is er misschien wel ergens in de tuin een niet zichtbaar plekje (vb. achter de haag of in een hoekje van de tuin) waar wilde kruiden, grassen, mos en andere inheemse planten kunnen groeien. Vooral kleinere hoopjes bladeren, struikgewas en dood hout, die in de herfst gewoon onder de haag blijven liggen, zijn voor egels heerlijke toevluchtsoorden waar ze kunnen overwinteren.
Tip nr. 4
Als je iets goeds wilt doen voor de egel, kan je op een rustig plekje in de tuin wat takken en stokken ter dikte van een duim op elkaar leggen en bedekken met wat bladeren. Zo kan de egel met het materiaal zelf een winterverblijf maken. Als alternatief kan je ook een egelhuisje maken of kopen.
Is een egelhuis zinvol?
Misschien vraag je je wel af of een egelhuisje wel echt belangrijk en zinvol is. Het antwoord hangt eigenlijk af van hoe het huisje is gebouwd. In principe is het heel nuttig om de egels een winterschuilplaats te bieden waarin ze zich kunnen terugtrekken en beschermen tegen vijanden. Om ervoor te zorgen dat het egelhuis daadwerkelijk een veilig toevluchtsoord is, moet je op drie belangrijke zaken letten :
Daarnaast kies je voor het egelhuis best een meer beschutte plek in de tuin. Je kan het huisje afdekken met wat bladeren, twijgen en takken om de egel zoveel mogelijk bescherming te bieden.
Tip nr. 5
Egels zijn eveneens heel blij met een bakje drinkwater. Vooral in langere en warmere periodes met weinig regen is de vraag naar een dorstlesser heel groot. Indien mogelijk moet het drinkbakje dagelijks worden schoongemaakt zodat egels elkaar niet kunnen besmetten indien één van hen ziek is. Geef ze zeker geen melk. Een andere optie is het maken van een kleine watervijver. Je moet er dan zeker voor zorgen dat de egels via de ondiepe oevers terug veilig op het droge komen.
Tip nr. 6
Dit brengt ons naadloos bij het volgende punt. Heb je een zwembad in de tuin? Dan is een afdekzeil heel belangrijk om de egels te beschermen. Egels kunnen een tijdje zwemmen, maar als ze na een tijdje niet uit het water kunnen komen, zullen ze helaas verdrinken. Dek daarom je zwembad af, zeker 's nachts.
Tip nr. 7
In de herfst wordt de robotmaaier niet zo vaak gebruikt. Maar ook in de zomer mag je egels niet vergeten, want zij kunnen gewond raken door de scherpe messen. Vooral wanneer de maaier onder de haag doorrijdt, waar egels zich vaak hebben teruggetrokken, kan dit voor de diertjes fataal zijn. Laat daarom je robotmaaier onder jouw waakzame oog overdag zijn werk doen. Idealiter zoek je vooraf in de tuin naar egels en maai je de randen van je grasmat handmatig zodat er geen ongelukken met de egels gebeuren.
Tip nr. 8
Stapels bladeren opruimen, hagen snoeien, de tuin omspitten, hout stapelen - dit alles doe je bij voorkeur vóór de winter of pas in het voorjaar zodat de egel niet uit zijn welverdiende winterslaap wordt gehaald. Omdat de kleine stekelige diertjes van november tot maart overwinteren, kan je de komende vijf maanden dus gewoon ontspannen met een kopje thee in de warme woonkamer zonder je al te veel zorgen te maken over de tuin.
Het is goed mogelijk dat er zelfs in de late herfst of vroege winter nog een of twee egels door je tuin lopen. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als de moeder heen en weer pendelt tussen het zoognest en de slaapplaats overdag, of als de egel wordt opgeschrikt door lawaai. We raden je daarom aan om de grote tuinklussen (stapels bladeren opruimen, hagen snoeien, ...) vóór november uit te voeren of te wachten tot het voorjaar.
Egels die hulp nodig hebben kan je aan verschillende zaken herkennen : ze strompelen door de tuin, ze zitten bedolven onder vliegen, ze hebben spleetoogjes of ingevallen oogjes, of ze liggen gewond aan de rand van de straat. Ook egels die zich overdag laten zien en zich vreemd gedragen, bijvoorbeeld door te wankelen of door op hun zij te gaan liggen, hebben jouw hulp nodig. Gewonde of zieke egels kan je naar een dierenarts of naar een opvangcentrum in jouw buurt brengen. Verweesde egelbaby's zijn ook afhankelijk van hulp. Je herkent ze aan het feit dat de stekelige diertjes enkele uren hulpeloos door je tuin ronddwalen op zoek naar de moeder. Ook hier kan een dierenarts of opvangcentrum hulp bieden!
Hongerige egels op zoek naar eten
Jonge diertjes die hun vereiste lichaamsgewicht van 500 tot 600 g nog niet hebben bereikt, kunnen in de herfst nog op zoek gaan naar voedsel. Mocht je een hongerige egel in de tuin tegenkomen, dan kan je die voor de zekerheid gewoon op de weegschaal zetten. Hiervoor plaats je eerst een lege doos op een stabiele weegschaal waarin je de egel zet. Voordat je de egel aanraakt, moet je zeker handschoenen aantrekken. Meestal krult de egel zich op en gedraagt hij zich heel kalm zodra je hem hebt opgepakt en op zijn rug hebt gedraaid. Zo kan je hem voorzichtig in de doos leggen en wegen.
Het lichaamsgewicht alleen zegt echter niet genoeg over de gezondheidstoestand van de egel. Een volwassen egel kan 800 g wegen en nog steeds uitgehonderd zijn terwijl een jonge egel van 600 g goed gevoed en gezond is. Leeftijd en uiterlijk zijn dus belangrijke factoren. Als je het niet zeker weet, neem je best contact op met een opvangcentrum. Experts zullen je meer informatie en handige tips geven.
Heb je in de tuin een licht ondervoede egel ontdekt, dan kan je die natuurlijk iets te eten geven. Gebruik daarvoor bij voorkeur een speciaal egelvoer of nat kattenvoer met hoog vleesgehalte. Melk, fruit of etensresten zijn totaal uit den boze.
Plaats het voer pas buiten als je de egel hebt opgemerkt en laat het vervolgens niet onbewaakt achter. Je wilt namelijk geen ongewenste bezoekers zoals ratten voederen. Gebruik bij voorkeur een voederhuisje met zwaaiklep - ratten houden namelijk niet van bewegende deurtjes.
Helaas zijn naast ratten ook marters, katten of muizen blij met het egelvoer. Nadat de egel gegeten heeft, haal je het resterende voer terug naar binnen en maak je het voederbakje grondig schoon. Je merkt het : egels voederen is een nogal tijdrovende klus die niet mag worden onderschat. Als je niet precies weet hoe je de egel correct moet voederen of als je een ernstig ondervoede egel in de tuin hebt ontdekt, raden we je aan om je huisarts of een opvangcentrum te contacteren. De experts zullen je heel graag extra informatie en praktische tips geven.
Egels die niet ondervoed zijn, mogen ook niet gevoederd worden. In de natuur weten egels wanneer de voedertijd ten einde loopt en wanneer het tijd is voor hun winterslaap. Dit mag niet verward worden met bijvoeding. Bovendien kan zelfs hoogwaardig egelvoer de kwaliteit van wormen en insecten niet vervangen - zelfs als deze voor de egel misschien wat moeilijker te vinden zijn. Voor een jong dier is het natuurlijk handiger om elke dag een voederbak voor zijn snuitje te plaatsen. Maar op lange termijn zullen alleen degenen die hebben geleerd hun eigen voedsel te vinden, overleven. Het is daarom beter om de egels te ondersteunen met een bijna natuurlijke tuin die rijk is aan insecten en om ze alleen in uitzonderlijke gevallen te voederen, zoals bij jonge ondervoede egels.
Even terzijde
Zoals eerder aangegeven genieten niet alleen egels maar ook ratten van rijkgevulde voederschalen. Als de populatie echter buitensporig is, worden ratten een grote overlast die zelfs voor onze stekelige tuinbewoners gevaarlijk kan zijn. Zo kan het gebeuren dat ratten de slapende egels in de winter opeten. Daarom moet je er absoluut zeker van zijn dat als je een ondervoede egel voedt, je alleen de egel voedt en dat er geen enkel ander dier baat bij heeft.
Als je last hebt van een rattenplaag en overweegt om rattenvergif in te zetten, gebruik het gif dan ook correct! Rattengif hoort bijvoorbeeld niet thuis in gaten in de grond of op composthopen. Gebruik steeds voorgedoseerde, afgesloten voederdozen die op twee rechtopstaande stenen of op een andere verhoging worden geplaatst. Ratten kunnen - in tegenstelling tot egels - springen om het lokaas te bereiken. Zo ben je zeker dat de egels niet vergiftigd worden. Als alternatief kan je vangkooien plaatsen om de ratten uit je tuin te houden.
Een paar verwilderde hoekjes, wat bladeren onder de haag, een drinkbakje met water en veel bloeiende bloemen - met deze kleine dingen in de tuin kan je de egels heel blij maken!
Producten voor je tuin
Deze onderwerpen kunnen je ook interesseren