Echte meeldauw op rozen bestrijden : 5 tips

Laten we eens kijken of je rozen wel degelijk zijn besmet met echte meeldauw. Echte meeldauw wordt ook wel de "mooi-weer-schimmel" genoemd die vooral verschijnt tijdens droge en zonnige dagen in de nazomer. De schimmelsporen worden meestal verspreid door sproeiwater of door wind. Omdat echte meeldauw echter op de scheuten kan overwinteren, is een plaag in het voorjaar mogelijk bij zonnige, warme temperaturen.

Typisch voor de echte meeldauw-schimmel is het witte, melige laagje op de bovenzijde van de bladeren dat gemakkelijk kan worden weggeveegd. Daaronder zijn vaak bruine of roodachtige vlekjes te zien. Als de infectie al vrij ver gevorderd is, kunnen ook de onderzijde van de bladeren, de bloemknoppen, de scheutpunten en de bloemen worden aangetast. Bovendien kleuren de bladeren geleidelijk aan rood en krullen ze op om na een tijdje af te vallen. Uiteindelijk kan een onbehandelde schimmelaantasting ervoor zorgen dat de plant afsterft. Om dit te voorkomen laten we jou enkele handige en doeltreffende oplossingen zien.

Kies voor je rozen een zonnige of gedeeltelijk schaduwrijke plek uit. Je nieuwe plant mag echter niet op dezelfde plaats worden aangeplant als de vorige planten. Als je geen ander plekje ter beschikking hebt, kan je de grond ook een snelle "make-over" geven door deze te vervangen door nieuwe, verse, voedingsrijke potgrond.

Omdat natte bladeren ideaal zijn voor de vorming van schimmels, is de roos blij met een bepaalde afstand tussen de planten. Zo kan er voldoende lucht tussen de planten circuleren en kunnen natgeregende bladeren sneller opdrogen. Bovendien kan de afstand tussen de planten de verspreiding van ziekteverwekkers enigszins verminderen. Tussen kleinere perkrozen is een plantafstand van een halve meter ideaal. Bij struikrozen en klimrozen kan dit zelfs 1,5 meter zijn.

Ook gemengde aanplantingen zijn mogelijk. Hiervoor zet je tussen de meeldauwgevoelige planten (zoals rozen en steenfruit) planten waar de schimmel niet van houdt. Rozen kan je bijvoorbeeld heel gemakkelijk combineren met basilicum, ooievaarsbek, lupine, siersalie, dille, sierui of lavendel. Een gemengde aanplanting zal een besmetting met echte meeldauw niet voorkomen maar zal er wel voor zorgen dat de schimmel zich niet zo snel meer kan verspreiden. Natuurlijk is het ook belangrijk om een bepaalde afstand tussen de planten te bewaren.

Om echte meeldauw te voorkomen, kan je rozensoorten planten die bijzonder robuust en vitaal zijn. Dit zijn onder andere rozen die het  ADR-label dragen. ADR-rozen worden gedurende een onderzoeksperiode van drie jaar door een panel van deskundigen op verschillende criteria onderzocht zoals winterhardheid, bladgezondheid en groeikracht. Deze rozen hebben daardoor minder kans om aangetast te worden met echte meeldauw.

Goed bemest is half gewonnen, zou je kunnen zeggen. De toevoer van voldoende voedingsstoffen is immers essentieel voor de vitaliteit van je rozen. Tegelijkertijd is het belangrijk om de rozen correct te bemesten om zo echte meeldauw te voorkomen. Als je je rozen bemest met enkel stikstof, zal je de verspreiding van de schimmelziekte namelijk bevorderen. Gebruik daarom bij voorkeur een aangepaste rozenmeststof. Wanneer je een portie meststof moet toedienen, ontdek je in dit artikel.

Naast een evenwichtige toevoer van voedingsstoffen speelt ook water een belangrijke rol. De belangrijkste tip hierbij is : geef de rozen nooit van bovenaf water, maar direct aan de voet van de plant. Natte bladeren zijn namelijk heel populair bij schimmelziekten. Geef je rozen bij voorkeur 's morgens vroeg of in de vroege avond water, wanneer de zon niet zo sterk meer schijnt.

Ook al is het niet leuk, regelmatig onkruid wieden en dode bladeren op de bodem verwijderen is een heel nuttige maatregel om meeldauw te voorkomen. Daarnaast kan je de bodem met mulch bedekken. Zo wordt het water langer in de bodem vastgehouden en hoef je in de zomer niet zo vaak water te geven. De mulchlaag zorgt er eveneens voor dat er minder water op de rozenblaadjes spat. Dit betekent dat de schimmels die aanwezig zijn op de oude bladeren die op de bodem liggen, niet gemakkelijk op de bladeren aan de plant kunnen terechtkomen. 

Omdat echte meeldauw op rozen kan overwinteren, is niet alleen een snoeibeurt in de herfst, maar ook een snoeibeurt in het voorjaar belangrijk. Zo kan je nieuwe meeldauwinfecties vermijden. Terwijl je in de herfst alleen de aangetaste scheuten verwijdert, kan je in het voorjaar de plant fors terugsnoeien tot diep in het gezonde hout - je roos zal je dankbaar zijn! De ideale periode om te snoeien is in het vroege voorjaar op een milde, vorstvrije dag. Uitgebreide informatie over het snoeien van verschillende rozensoorten vind je hier.